Een stralende hemel gaf het startschot van een stralend weekend. Gorno (Jorn) en Tijn (Stijn) kwamen hun verdwaalde schelp in Parijs bezoeken. Er stond veel te gebeuren dat weekend, want beiden wilden een ander stukje Parijs zien. Zo begonnen we donderdag namiddag aan een wilde wandeltocht, sleurend met bagage en bier op zoek naar mijn kleine, doch gezellige stulp. Een malle frats en een misplaatste grol maakte het geheel des te aangenamer en ‘s avonds werden de batterijen opgeladen om te gaan dansen in MixClub. Een erasmusfeestje bracht onze Vlaamsche vrienden in ware extase en de tecktonikmoves volgde sneller dan verwacht, maar de prijzen van de drank swingden even hard als ons. Aldus besloten we om op een schappelijk uur naar huis te gaan en om vrijdag te genieten van een nog stralender zonnetje.
Uiteraard stonden de clishé-dingen op het menu zoals Sacré-Cœur, Notre Dam, Centre Pompidou, Tour Eiffel, St. Michel etc … (die we allemaal met een « zonnekindlach » en een gezond biertje doorbrachten). Maar toch wilden we iets meer beleven, iets meer zien en iets meer « Parijs » zijn, dus besloten we ook andere dingen te doen. Vooreerst stortten we ons in een helse zoektocht naar het graf van *** Morisson (zijn naam ontglipt me, maar het gaat om de zanger van The Doors) op het kerkhof Père la Chaisse. Een ware wildernis, maar onze orientatiezin loodste ons naar ons doel. Vervolgens besloten we ons te etaleren op een terrasje en van de vroege middagzon te genieten. De eerste bronzage was dan ook van de partij.
Die avond besloten we al helemaal zot te doen en de Eiffeltoren te beklimmen. Pijnpunten waren dat we 2 uur moesten wachten en dat er gedurende die 2 uur geen bier was. Pluspunten waren dan weer dat Gorno en Tijn mij gezelschap hielden. Na enig gemekker, gepieker en gelach stonden we plotsklaps op de tweede verdieping, waar we nog eens 45 minuten moesten aanschuiven voor we het topje van de eiffeltoren konden beklimmen. Een prachtig zicht overviel ons en Gorno bezweek meermaals onder de drang om zijn kop tussen de tralies van de Eiffeltoren te steken. Dit bleek tevens ook een mooie afsluiter van onze avond te zijn en op deze romantische climax besloten we dan ook maar onder de wol te kruipen, om er taags nadien fris en monter bij te staan.
Op deze zaterdag bezochten we weer wat toeristische attracties, maar ook de louchere buurten van Parijs, zijnde Moulin Rouge (bekend van zijn sexshops) en de hoerenbuurt rond St. Denis (op aanvraag van derden). Een aangenaam dagje was het, met een stralend zonnetje, scherp staand gezelschap en een boete van 40 euro. Hoezo vraag je je af ? Wel, RATP-security zijn niet direct de liefste mensen. Ze laten de uitgangdeurtjes van de metro openstaan, menig man loopt langs daar zonder hun kaartje te gebruiken en menig man krijgt dus een boete. 3 opties hadden we : Direct betalen – Laten overkomen via de Belgische ambasade (+ 25 euro) of met de tussenkkomst van de politie (met eventueel kans in den bak te vliegen). Na enig tegenstrubbelen van ons en dreigen van hen zijn we voor de eerste optie gegaan. Platzak trokken we richting mijn nederige stulp om onze vodka te ledigen voor het feestje dat te wachten stond. Na geweigerd te worden op het eerste feestje, besloten we ons te verplaatsen naar een ander feestje, op een boot. Het eerste slachtoffer viel ook die avond, zijnde Gorno. Een spectaculaire sprong van een verhoogje (toch wel 80 cm. hoog), kon zijn enkel niet aan. Gevolg, een opgezwollen Gorno-enkel, die de dag nadien niet mee kon op ons cultuurtripje richting het Louvre.
Want jaja, zelfs ook kempische boerkes genieten graag van een streepje cultuur. En dan nog wel Vlaamsche cultuur in een Franse hoofdstad met Jan Fabre en zijn bizarre kunstwerken. Het één was al iets meer wauw dan het andere, maar de algehele indruk ligt voor mij op 75 %. In tegenstelling tot het weinigindrukwekkende « Mona Lisa » gebeuren. Na anderhalf uur in het groote museum van Europa te hebben rondgedoold, besloten we om een ijsje te verorberen en onze zieke ziel nog een bezoekje te brengen, vooraleer Gorno en Tijn de trein richting Belgenland indoken. Zonnige dagjes en aangenaam gezelschap hebben 1 tem 4 mei in het geheugen en op foto (+ – 800) gegrifd.
Maar aan alle mooie plaatjes komen een einde en op 4 mei rond 17 h liep ik neergelaten door de Franse hoofdstad, uitkijkend naar mijn volgende ‘avontuur’, zijnde mijn onverwachte terugkeer naar Belgenland. Van 7 mei tot 12 mei vertoefde ik in de stralende Belgische zon, genoot ik van heerlijk kempisch eten, bracht ik menig bezoek aan vriend en vriendin en werd er ook al eens een danspasje geplaceerd. Kortom, het waren 5 goeddoende dagen in mijn kleine kempsiche dorpje, die mijn batterijen helemaal hebben opgeladen voor een nieuwe werkweek en voor mijn laatste visite, zijnde mijn surfbroeder en zuster Jelle (Curry) en Sofie (teveel bijnaampjes om op te noemen). Wat deze gladde jongen en krolse katin in Parijs teweeg brengen, leest u de komende weken.
Driewerf Alaaf !
Pieter